Narcolepsie
Wat is het ?
Narcolepsie is een zeldzame aandoening (tot 50/100.000 mensen) waarbij het hoofdkenmerk een uitgesproken slaperigheid is, die leidt tot in slaap vallen op ongewenste momenten of plaatsen.
De aandoening komt evenveel bij mannen als bij vrouwen voor en begint vaak op jongvolwassen leeftijd.
Hoe ontstaat het?
Narcolepsie ontstaat door een tekort aan een bepaalde stof in de hersenen (orexine) die een rol speelt in het regelen van het evenwicht tussen slapen en waken. Genetische factoren zijn onderliggend.
Zeldzaam kunnen hersenletsels narcolepsie veroorzaken.
Symptomen
Overmatige slaperigheid, met een drang om overal in slaap te vallen (in de auto, aan tafel, op een sociale gelegenheid, enz.) is het hoofdkenmerk van de aandoening.
Een onderscheid wordt gemaakt tussen narcolepsie type 1 en 2. Bij type 2 is er enkel sprake van de overmatige slaperigheid, bij type 1 zijn er verschillende begeleidende symptomen mogelijk. Deze zijn cataplexie (plots spiertonusverlies, al dan niet volgend op een emotie), hypnagoge hallucinaties (heel levendige, vaak angstige dromen bij het inslapen) en slaapparalyse (nachtelijke verlammingsverschijnselen).
Diagnose
Narcolepsie wordt gediagnosticeerd adhv een polysomnografie (slaapstudie) met een MSLT (dutjestest), waarbij de fors toegenomen slaapdrang kan geobjectiveerd worden.
Aanvullend kunnen genetische testen en het evenueel bepalen van het eiwit orexine in het lumbaal vocht zinvol zijn, vnl bij type 1 narcolepsie.
Behandeling
Voor narcolepsie bestaat geen oorzakelijke behandeling. De aandoening wordt vaak onder controle gebracht met medicatie die de wakkerheid probeert te stimuleren, eventueel aangevuld met medicatie ter behandeling van de cataplexie.
Narcolepsiepatiënten ervaren vaak dat 'strategische dutjes' of powernaps kunnen helpen om weer even verder te kunnen.